Een kamer en een mond vol tanden
07.11.2024
een bijdrage van Mark Delaere voor Concertgebouw Brugge
Het Amerikaanse vocale ensemble Roomful of Teeth maakt luisteraars sprakeloos. Zoveel tanden de zangers in een concertruimte samenbrengen, zozeer zetten ze luisteraars met hun mond vol tanden. Vooral hun reikwijdte van de menselijke stem is verbazingwekkend. In klassieke muziek zijn we zo gewoon aan de voordracht van lied- of operazangers en zangeressen dat we die onbewust als norm zijn gaan ervaren.
Vocale expressie
De menselijke stem is echter tot veel meer in staat dan wat aan muziekscholen of conservatoria als norm wordt aangeleerd. Zowel in instrumentale als in vocale muziek maken uitvoerders doorgaans gebruik van het zeer smalle klankregister dat de muzikale cultuur als ‘mooi’ beschouwt. In de loop van de vorige eeuw is dat register door toepassing van zogenaamde ‘extended techniques’ uitgebreid. Die ontlokken andere klanken aan een instrument door een alternatieve speelwijze. Op een strijkinstrument kan dat bijvoorbeeld door de boogdruk te variëren of het instrument te bespelen op de klankkast in plaats van de snaren. Dergelijke ‘extended techniques’ zijn ook te vinden in de vocale muziek van de historische avant-garde. Componisten als Arnold Schönberg, Luciano Berio, Mauricio Kagel of Dieter Schnebel ontwikkelden nieuwe vormen van stemgebruik en schonken de vocale muziek daarmee een veel breder expressief potentieel. Ook een componist van vocale muziek kan dus met een veel rijker klankspectrum aan de slag dan enkel toonhoogte: de variatie in klankkleur van geruis is enorm.
Over het muurtje kijken
Roomful of Teeth maakt ten volle gebruik van het vocale arsenaal van de nieuwe muziek, maar kijkt ook over dat muurtje. In Psychedelics (2017) maakt William Brittelle bijvoorbeeld uitvoerig gebruik van nieuwe klanken, die hij echter ook spreidt op een bedje van synthesizerklanken en tonale drieklanken. Er bestaan nog zoveel meer vormen van vocale expressie dan wat in klassieke of avant-garde muziek gebruikelijk is. Jazz, mainstream pop, hiphop, heavy metal of country: in al deze en nog veel meer muziekstijlen zijn andere timbres en articulaties te horen. Dat is nog duidelijker het geval in niet-Westerse muziekculturen. Dit ensemble werkt daarom samen met kunstenaars, denkers en leiders vanuit de hele wereld om een veel ruimere vocale praktijk en esthetiek te ontwikkelen. Ze studeerden onder meer Mongoolse en Inuit keelgezangen, de Perzische klassieke vocale stijl, Hindustani zangtechnieken, jodelen en Sardijnse gezangen met de grootmeesters in die stijlen. Na voorafgaande kritiek is het ensemble nog gevoeliger geworden voor het verwijt van artistiek kolonialisme. Veeleer dan een simpele toe-eigening van niet-Westerse of niet-klassieke technieken gaat het om een samenwerking met vocale artiesten die daarvoor ook de nodige credits krijgen. In Bits From Torn Words (2022) gebruikt Peter Shin bijvoorbeeld zangtechnieken uit de Koreaanse muziek. Net als in het werk van Brittelle horen we een apocalyptisch visioen over klimaatcrisis en angststoornissen.
“In Caroline Shaws The Tempest primeren close harmony, stralende drieklanken, een quasi orkestrale schrijfwijze en de schoonheid van de stem op de minder conventionele vocale klanken”
Muzikale lezing van The Tempest
Caroline Shaw is componiste, violiste en als zangeres ook vast lid van Roomful of Teeth. Vanavond horen we The Isle (2023) van haar, een werk geïnspireerd door het toneelstuk The Tempest van William Shakespeare dat zich op een betoverd eiland afspeelt. Het bestaat uit drie monologen van de belangrijkste protagonisten omringd door een voor- en naspel. In deze proloog en epiloog horen we murmelende stemmen, de vertaling van Shakepeare’s regieaanduiding over een ‘plechtstatige muziek, met verstrooide stemmen uit de verte’. De monologen van Ariël, Cabano en Prospero hebben elke een eigen stijl overeenkomstig het karakter van deze personages: etherisch, aards en raadselachtig. We horen gezongen en gesproken teksten en melodieën met begeleiding van vocale (ruis)klanken. Close harmony, stralende drieklanken, een quasi orkestrale schrijfwijze en de schoonheid van de stem primeren op de minder conventionele vocale klanken op de achtergrond.
Autochtoon én hedendaags
Angélica Negrón is een Amerikaanse componiste die nog steeds veel inspiratie vindt in haar geboorteland Puerto Rico. Haar nieuw werk math, the man which is sweet (2023) verklankt de overgave aan een nieuwe liefde en de opwinding en verwachtingen die daarmee samengaan. Twee individuen zoeken harmonie en verliezen zichzelf daardoor ook, net zoals stemmen opgaan in een vocaal ensemble.
Het is moeilijk een profiel te vinden dat beter past bij Roomful of Teeth dan dat van componiste en multimedia artieste Leilehua Lanzilotti. Ze stamt af van de oorspronkelijke bewoners van Hawaï, en dat reflecteert zich in projecten die de hedendaagsheid van autochtone muzikale praktijken beklemtonen. Lanzilotti werkte evengoed samen met Björk, Pierre Boulez, het Radiosymfonieorkest Berlijn of het Bandcamp ensemble dat nieuwe concertformaten onderzoekt. Als voormalig eilandbewoonster was ze onmiddellijk te vinden om mee te werken aan een project dat de golfbewegingen in de zee onderzoekt. Dit resulteerde in de compositie On Stochastic Wave Behaviour (2021) voor acht stemmen. De patronen maar ook onvoorspelbaarheden van botsende golven krijgen muzikaal gestalte in onomatopeeën en de klank van de autochtone Hawaïiaanse taal, die net zoals de golven geen statisch gegeven is, maar voortdurend in beweging is. We horen geen bulderende zee, maar subtiel verschuivende klankpatronen.