Seismic © NASA

Seismic

10.10.2025

een bijdrage van Klaas Coulembier voor Concertgebouw Brugge

Seismische golven van geluid en beweging

Eén kleine beweging kan iets veel groters in gang zetten. Een nauwelijks merkbare trilling kan de voorbode zijn van een groots natuurfenomeen dat zich vele kilometers verder voltrekt. Seismische vibraties planten zich voort als golven in de aarde. Net zoals geluidsgolven brengen ze iets in beweging, waarbij de uitkomst niet altijd voorspelbaar is.

De makers van deze voorstelling gingen op zoek naar de hechte maar vaak onzichtbare band tussen geluid en architectuur. Wat kan geluid betekenen als materie? Welke fysieke impact heeft geluid op een ruimte en op wie zich in die ruimte bevindt? Wat is de kracht van geluid en hoe kan je een ruimte manipuleren door er geluid in te leggen? Deze laatste vraag lijkt haast het tegenovergestelde van de klassieke vraag hoe geluid wordt beïnvloed door de architectuur van de ruimte. Dat is waar Seismic mee speelt: onze gebruikelijke kijk op de wereld in beweging brengen, de tradities en rituelen van ‘het concert’ loslaten en op zoek gaan naar een nieuw contact met de muziek. De voorstelling Seismic is dan ook geen concert, maar eerder een totaalconcept waarin scenografie, choreografie en muziek een sterke eenheid vormen. Aïda Gabriëls vond in Ictus de ideale partner om zowel bestaand repertoire als nieuw gecomponeerde muziek te integreren tot één geheel.

repetitiebeeld Icts © Bea Borgers
repetitiebeeld Icts © Bea Borgers
repetitiebeeld Icts © Bea Borgers
repetitiebeeld Icts © Bea Borgers
repetitiebeeld Icts © Bea Borgers

Variabele tijd

De nieuwe muziek op het programma komt uit de pen van Maria W Horn, een Zweedse componiste met een fascinatie voor de spectrale eigenschappen van klank. Haar muziek is vaak opgebouwd rond drones (lang aangehouden tonen of samenklanken), waarbij het spelen met ruimtelijkheid een essentieel onderdeel van haar esthetiek is. Maria W Horn heeft een achtergrond in de elektronische muziek, maar voor deze voorstelling componeerde ze voor de muzikanten van Ictus (strijktrio, trombone en buisklokken), in combinatie met live electronics.

De titel van haar werk – Time Variables – verraadt al dat naast ruimtelijkheid ook de temporaliteit van de muziek erg belangrijk is. De toonhoogtes zijn precies bepaald, maar de exacte timing is variabel. Elk van de muzikanten doorloopt dezelfde structuur, maar doet dat volgens een eigen tijdsverloop. Als eenheid van tijd gebruikt ze geen ritmes of maatsoorten, maar wel de lengte van een boogstreek, een hartslag, de tijd tussen twee keer met de ogen knipperen, …. De verschillende klanken ontmoeten elkaar, schuiven in en uit elkaar, en vormen samen een klankveld dat voortdurend in beweging is. De uiteindelijke realisatie van de partituur is dan ook sterk bepaald door de eigen inbreng van de muzikanten, met wie Maria W Horn intensief samenwerkte.

Onder de akoestische (en elektronisch vervormde) klanken van de instrumenten horen (of voelen) we een lage sinustoon (een do van 65,406 Hz) die door faseverschuivingen aan het schommelen wordt gebracht. De manier waarop deze klanken met elkaar versmelten, in combinatie met de verschillen in geluidssterkte en klankkleur, wordt bepaald door de ruimte waarin het werk weerklinkt. Met ruimte wordt niet enkel de architecturale ruimte bedoeld (de vloeren en muren), maar ook de levende ruimte, met alles wat zich in die ruimte afspeelt: bewegingen van het publiek, interactie tussen muzikanten, onverwachte gebeurtenissen …

Er gaat een zekere dreigende kracht uit van de lage sinustoon in het werk van Maria W Horn, die toevallig dezelfde toon gebruikt waarop Alvin Luciers zijn compositie Wind Shadows baseerde. Bij Lucier gaat een enkele trombone in interactie met de sinustoon. Je hoort de klank van de trombone niet, alleen hoe zijn frequenties de sinustoon verstoren of versterken.

repetitiebeeld Icts © Bea Borgers
repetitiebeeld Icts © Bea Borgers
repetitiebeeld Icts © Bea Borgers

Onvoorspelbaarheid en gevaar

Net zoals het bewegen van tektonische platen nooit helemaal voorspelbaar is, zo speelt Seismic als voorstelling voortdurend met het gevoel van suspense. Als publiek verlaat je de veilige anonimiteit en passiviteit van het zitje in de concertzaal. Je wordt deel van de ruimte en bepaalt zelf waar en hoe je verbinding zoekt met de muziek. Aïda Gabriëls noemt de voorstelling dan ook een soort ‘pas de deux’ tussen het publiek als een groep individuelen en de uitvoerders. Die uitvoerders volgen wel een vastgelegd muzikaal programma, maar ze kunnen ook reageren op de ruimte en het publiek. Er ook een belangrijke choreografische component: twee percussionisten palmen de ruimte in en vormen een brug tussen toeschouwers en ensemble. In Love Song van Alvin Lucier zijn twee muzikanten letterlijk met elkaar verbonden door een snaar die hun trillingen doorgeeft. Hoe deze muzikanten zich als duo door de ruimte begeven hangt af van hoe het publiek zich opstelt. En andersom wordt het publiek gestuurd door hun beweging in de ruimte. Metalen sculpturen en aangepaste belichting versterken de totaalbeleving.

De muziek die naast het nieuwe werk van Maria W Horn gepresenteerd wordt, is zorgvuldig geselecteerd en leent zich tot een subtiele versmelting van de verschillende composities. Zo is niet altijd duidelijk waar een werk begint en een ander eindigt. In elk van de werken zit ook een soort vastberadenheid en noodzakelijkheid die als een dreiging aangevoeld kan worden. Het meest extreme voorbeeld hiervan is Having Never Written a Note for Percussion van de Amerikaanse minimalist James Tenney. Deze compositie bestaat uit één klank die uit het niets begint en aanzwelt tot een maximale luidsterkte, om vervolgens even langzaam weer uit te sterven. Als toeschouwer weet je niet waar dat maximum zich bevindt en of het te veel kan worden. Er is wel een grens, maar die is onzichtbaar. Je bent overgeleverd aan de uitvoerder.

 

Drie ecosystemen

In Seismic worden drie niveaus voortdurend met elkaar verbonden. Het auditieve of sonore niveau bestaat uit de verschillende composities die weerklinken. Daarnaast is er het kinetische niveau: het aspect van beweging. De manier waarop publiek en artiesten elkaars ruimte bepalen is een wezenlijk onderdeel van de dramaturgie. Tot slot is er ook de wisselwerking met de architectuur van de zaal, die bij elke uitvoering anders is. De voorstelling wordt niet alleen bepaald door de ruimte, ze verandert ook de ervaring van die ruimte.